janique.reismee.nl

Bijna terug, gelukkiger

'The most dangerous risk of all - the risk of spending your life not doing what you want on the bet you can buy yourself the freedom to do it later.' - Randy Komisar

Een super mooie quote en helemaal waar. Het zou eigenlijk verboden moeten worden om na de middelbare school meteen te gaan studeren. Ik ben dan ook heel erg blij dat ik de keuze heb gemaakt om na mijn Hageveldcarrière een tussenjaar te nemen en naar Midden-Amerika te gaan. Ik heb ontzettend veel speciale mensen ontmoet en ik weet zeker dat ik sommigen nog eens zal zien. Ik heb geweldige dingen gedaan, gezien en ook nog eens veel geleerd. Over mezelf, de cultuur en natuurlijk de taal. Ik ben ervan overtuigd dat ik na deze ervaring veel meer kan bijdragen aan de studie International Business Administration, waar ik in september mee begin. Wie weet kan ik in het derde jaar van deze studie wel een half jaartje in Latijns-Amerika studeren!

Mijn geweldige reis heb ik afgesloten in Montezuma, een schattig dorpje aan de zuidkust van het schiereiland Nicoya. Het kostte Thierry en mij een hele dag en behoorlijk wat Colonnes om er te komen, maar het was het zeker waard! Ruime verlaten stranden, prachtig junglegebied en watervallen kregen we ervoor terug. Woensdagochtend werden we wakker door het gebrul van aapjes. We hebben heerlijk ontbeten en zijn daarna naar de watervallen gegaan, één van de trekpleisters van Montezuma. Deze watervallen hebben heel wat goed gemaakt na de lelijke watervallen in Sámara! Het water was perfect om in te zwemmen, heerlijk verfrissend. Nadat we een tijdje met wat gezellige locals bij de eerste waterval hadden rondgehangen, besloten we om naar de top van de waterval te lopen. Hier was een super groot natuurlijk zwembad en er waren nog meer watervallen. Thierry besloot, nadat hij had uitgezocht of het natuurlijke zwembad diep genoeg was, om van de top van de waterval af te springen. Zo'n tien anderen volgden en bij iedereen ging het goed, dus ook ik besloot een sprongetje te wagen. Ik was de enige die niet goed landde en mijn terugvlucht zal dan ook niet erg comfortabel worden. Top actie weer, Janique. In de namiddag zijn we op het strand gaan liggen en kwamen we Karlijn tegen, een meisje met wie Thierry vrijwilligerswerk heeft gedaan. Met haar en een Duits meisje hebben we 's avonds de film 'The Impossible' gekeken. Een film over de tsunami in 2004, die werd gedraaid in een gezellig restaurantje.

Donderdag ben ik samen met Thierry, ons Amerikaanse kamergenootje Doug en nog zo'n zes anderen een bootje ingestapt naar Isla Tortuga. Langs de kust varend voor vijftig minuten, met een adembenemend uitzicht op de kustlijn, is hoe we de tour begonnen. Vulkanisch gesteente in kristalheldere zee zorgde voor een mooi contrast met de witte zandstrandjes. Voordat we aankwamen op het tropische paradijs Isla Tortuga werd de boot stilgelegd voor de eerste snorkelsessie. Het snorkelen was niet zo speciaal als in Bocas del Toro. Het water was troebel en er was geen mooi koraal, maar we hebben wel prachtige vissen gezien! Tijdens de tweede snorkelsessie ben ik eerder gestopt, omdat ik mee werd gesleurd door de sterke stroming. Ik heb behoorlijk wat mensen beloofd om voorzichtig te zijn en heel thuis te komen, dus het leek me geen goed idee om door de woeste golven tegen de rotsen geduwd te worden. Op het eiland kregen we een heerlijke lunch toegediend en daarna mochten we ons eigen gang gaan. Thierry en Doug hebben het eiland verkend en ik besloot een siësta te nemen onder de kokospalmen. Voordat we rond half vier weer teruggingen naar Montezuma hebben we actief een potje beach volleybal gespeeld, wat een top dag! Terug in ons hostel nam ik een koude douche, terwijl ik de brulaapjes kon zien boomtopslingeren. Ik moet toegeven dat ik mijn baby aapjes uit het Jaguar Rescue Center wel mis!

Mijn laatste volle dag hebben we doorgebracht op het strand in Santa Teresa, waar we twee meiden met wie ik in het Jaguar Rescue Center heb gewerkt tegenkwamen. 's Avonds zijn we lekker luxe uit eten geweest en zaterdagochtend hebben we de bus gepakt naar San José, waar we Karlijn weer ontmoetten. Samen met haar ben ik 's middags naar een tentoonstelling geweest van innoverende Nederlandse bedrijven in Costa Rica. Het was georganiseerd door de ambassade en er waren ook een aantal Nederlandse kunstenaars, waaronder Ank, uitgenodigd om hun werk te tonen. Ank is een familielid van mijn buurman en woont al een hele tijd in Costa Rica. Het leek ons leuk om elkaar nog even te ontmoeten, dus nadat we de tentoonstelling hadden bekeken zijn we samen met haar echtgenoot naar een gezellig cafeetje gegaan. Toen Karlijn en ik terugkwamen in het hostel waren ook Eli, Blas, Davide, Tamara en een vriendinnetje van Tamara aangekomen en zijn we met zijn achten een hapje gaan eten en een drankje gaan doen. Super gezellig en toevallig dat we gisteren samen mijn laatste avond in Costa Rica konden 'vieren'!

Over een paar uurtjes vlieg ik van San José naar Panama City. Daar heb ik anderhalf uur om over te stappen op het vliegtuig terug naar ons kikkerland. Maandag 20 mei om 12:30 land ik op Schiphol, maar dat is nog wel heel ver weg, schreef ik bijna vijf maanden geleden op mijn blog.. Eerlijk gezegd ben ik er nog niet aan toe om naar huis te gaan, maar ik denk wel dat ik de hele vlucht een brede glimlach op mijn gezicht zal hebben. Ik heb namelijk super veel mooie herinneringen die niemand me meer af kan nemen. Ik zal het zeker gaan missen, de mensen, de vrijheid, de sfeer, de cultuur en de natuur, maar ik heb ook een mooi vooruitzicht. Eindelijk kan ik straks weer normaal eten, in mijn eigen bed slapen, water uit de kraan drinken, warm douchen, wc-papier in de wc gooien in plaats van in een vies prullenbakje en sporten. Waar ik natuurlijk het meest naar uitkijk is dat ik eindelijk weer mijn lieve familie, vrienden en vriendje kan zien!

Bedankt voor alle lieve reacties op mijn blog! Ik vond het heel leuk om mijn avonturen met jullie te delen en ik vond het minstens zo leuk om de reacties te lezen. Hopelijk hebben jullie op deze manier mee kunnen genieten van mijn reis!

Auto huren en Bahía de los Piratas


Vorige week dinsdagmiddag kwam ik aan in Tamarindo, Costa Rica. Tamarindo Beach is de meest toegankelijke locatie langs de noordelijke Pacifische kust van Costa Rica en daarom ook super toeristisch. Er zijn veel luxe resorts en het wordt dan ook Tamagringo genoemd. Eerlijk gezegd vond ik het tegen mijn verwachtingen in heel fijn om ergens te zijn waar het mooi en schoon is en waar een normale supermarkt zit. Leuke afwisseling! Thierry zou 's avonds laat pas aankomen in het hostel. Dat wist hij zelf nog niet, maar ik had dat allang voorspeld en besloot daarom om zelf maar alvast het plaatsje te verkennen! Onderweg kwam ik een groep Israëlische jongens tegen die ik in Nicaragua had leren kennen, dus uiteindelijk heb ik de rest van de dag gezellig met hun doorgebracht.


Donderdagochtend werden we wakker in een donkere, ruime dorm mét airco. Ik opende de deur, hoorde een lekker muziekje en werd verblind door de zon. Het beloofde een goed dagje te worden! Nadat Thierry en ik woensdag de hele dag hadden gesurft en cocktailtjes hadden gedronken op het strand in Tamarindo, wilden we graag wat andere strandjes in de buurt verkennen. We hadden het helemaal uitgestippeld op de landkaart en vroegen daarna aan het meisje dat in het hostel werkte hoe laat we welke bus moesten pakken. De afgelegen strandjes die wij uit hadden gezocht bleken onbereikbaar met de bus en onbetaalbaar met de taxi. Wat doe je dan als backpacker? Juist, een auto huren! Even later reden we, net als alle Amerikaanse toeristen, met onze witte Toyota Yaris in noordelijke richting. We draaiden ergens een onverhard weggetje in die naar de piratenbaai, Bahía de los Piratas, leidde. De baai is vrijwel onbekend, het ligt verscholen tussen de natuur. Afgezien van een handvol locals en een stuk of twintig pelikanen, waren we de enigen op het strand. Thierry kon dus ongegeneerd zijn witte billen laten tannen! Bahía de los Piratas was compleet het tegenovergestelde van het drukke strand in Tamarindo. Het was een super mooi strand met een uitzicht op rotsen ter grootte van kleine eilandjes, die de zee uitstaken. Eén van de rotsen had zelfs een piratenvlag op de top.


Het volgende strand waar we heen wilden was het zogenaamde suikerbroodstrand, Playa Pan de Azucar. Per ongeluk waren we te ver gereden en kwamen we uit op Playa Dantes en Playa Dantita. We hebben even rondgewandeld en hebben uiteindelijk toch nog onze weg naar Playa Pan de Azucar kunnen vinden, waar we romantisch de zonsondergang hebben bekeken. Om de dag goed af te sluiten zijn we op de terugweg nog langs het appartement van een vriend van Thierry gereden. We hadden tenslotte voor 24 uur een auto gehuurd!


De dag erna zijn we, helaas met de bus, naar Playa Flamingo gegaan. Thierry heeft de school waar hij een paar weken Spaanse les heeft gehad even aan mij laten zien en daarna zijn we naar een mooi restaurant met zwembad in de bergen gelopen. Het was zo warm en benauwd, dat we af en toe even de supermarkt in moesten gaan zodat ik mijn hoofd in de koelkast kon steken. Eenmaal aangekomen bij het restaurant sloeg het weer om en begon het super hard te regenen. Het regenseizoen begint en dat was duidelijk te merken.


Zaterdagochtend zijn we de bus richting Sámara ingestapt, een schattig plaatsje aan de Pacifische kust, iets zuidelijker dan Tamarindo. Bij het hostel waar we graag heen wilden hing een bordje naast de poort: Sorry, hostel is full. Shit happens. Uiteindelijk belandden we in iets veel leukers dan een hostel, namelijk de Lo que hay Bar & Taqueria. Een bar en tacorestaurantje op het strand, met een paar kamers. Heel anders dan een hostel, want er waren geen andere backpackers, maar wel heel fijn. We konden zo de zee in rennen! Dat hebben we 's avonds laat dan ook gedaan. Toch wel speciaal zo een strandhuisje. We hebben daarna op het strand lekker vals meegezongen met Nederlandse liedjes, waarvan ik de tekst niet eens ken en daarna nog een glaasje Baileys gedronken bij de strandbar naast ons strandhuisje. Twee dagen ultiem relaxen, dat was het plan.


Zondag hebben we ons netjes aan het plan gehouden en zijn we naar Playa Carillo gegaan, maar maandag besloten we om een uitstapje te maken naar twee watervallen. De eerste waterval was de lelijkste waterval die ik ooit heb gezien, het water was net zo oranje als het water in de Grand Canyon. Hitchhikend gingen we even later richting de andere waterval. We stapten uit in een klein dorpje en vroegen aan de locals welke kant we op moesten. Zelfs met deze aanwijzingen zijn we twee keer verkeerd gelopen. De eerste keer leek het mij een goed idee om de rivier te volgen en de tweede keer leek het Thierry een goed idee om naar de top van de berg te lopen. Thierry waande zich in Zwitserland, maar ik werd er niet echt vrolijk van. We zouden naar een mooie waterval gaan, zodat we lekker konden zwemmen, maar uiteindelijk heb ik een paar uur door de koeienpoep gelopen terwijl Thierry zo'n 32 keer 'Potje met vet' zong. Elke keer in een andere stijl en met danspasjes. Gelukkig is driemaal scheepsrecht, de derde weg die we namen was namelijk wel de goede weg naar de waterval. Zwemmen zat er niet in. Het natuurlijke zwembadje onder de waterval zag er niet fris uit, maar het was wel mooi!


Mijn geweldige reis is alweer bijna tot een einde gekomen. Een goede reden om in huilen uit te barsten, maar een nog betere reden om de laatste paar daagjes optimaal te genieten in Montezuma, waar we gisteravond zijn aangekomen.

Vulkaan boarden en León

Onze geweldige koninginnennacht in San Juan del Sur sloten we af in het casino. Ik ben in behoorlijk wat casino's geweest, maar ik had nog nooit zelf gegokt. Eén van de jongens met wie we waren, kocht een emmer vol met muntjes en ik mocht ze opmaken. Nadat ik een paar gokjes had gewaagd, begon het automaat te rinkelen, 1000 cordobas! Ongeveer 40 dollar had ik gewonnen en dat scheen nogal speciaal te zijn, want alle medewerkers kwamen kijken en foto's maken. De brakke ochtend erna heb ik Tamara en mezelf getrakteerd op een lekker uitgebreid ontbijtje, voordat we teruggingen naar Granada! In Granada ontmoetten we Marlou, Lebrina en Puck weer, met wie we Koninginnedag zouden vieren. Het hostel waar Marlou en Lebrina verbleven heeft een Nederlandse eigenaresse, dus daar was het één groot feest. Het hele hostel was versierd met oranje slingers en ballonnen. Iedereen, inclusief de aanwezige locals, was gekleed in oranje én er waren bitterballen! Ik heb ook Lieke weer even gezien en een meisje uit Zandvoort ontmoet, super toevallig.


De dag erna hebben we een boottocht gemaakt in het meer van Nicaragua en dat was een aparte ervaring. We voeren tussen de Isletas de Granada door, een groep van 365 kleine eilanden van vulkanische oorsprong. Ze werden gevormd toen de Mombacho vulkaan duizenden jaren geleden uitbarstte. De meeste eilandjes zijn bezet. Op sommige eilandjes wonen de rijkste families van Nicaragua en op andere eilandjes zijn faciliteiten voor toeristen. Onze vrouwelijke gids was gehuld in een knaloranje traditionele jurk, had knalblauwe oogschaduw op en wist veel te vertellen over de eilanden. Ze vertelde zo enthousiast, dat het bijna een toneelstukje leek. Misschien was het ook wel een toneelstukje, want even later begon ze er zelfs bij te zingen! We hadden twee keer de mogelijkheid om een eilandje op te gaan, zodat we even af konden koelen in het water en een Spaans fort konden bekijken. Eenmaal terug in de stad zijn we uit eten geweest en hebben we wat gedronken op Calle la Calzada met Selina en Marie, de twee gekke Engelse vrouwen uit San Diego met wie Tamara en ik in San Juan del Sur een geweldige tijd hebben gehad. Wij hadden hen rond de 35 geschat, maar op onze laatste avond samen, moesten ze ons een geheim vertellen. Namelijk dat ze 42 en 44 waren, geniaal, wat hebben wij gelachen!


Donderdag hebben Tamara en ik Marlou, Lebrina, Puck en ook Blas meegenomen naar Laguna de Apoyo, het kratermeer waar we laatst hadden overnacht. In de namiddag hebben we Puck en Blas achtergelaten in Granada en zijn Marlou, Lebrina, Tamara en ik de bus richting León ingestapt. León is één van de oudste steden van Nicaragua. Oorspronkelijk werd León in 1524 gesticht door de Spanjaarden, op enkele tientallen kilometers van de huidige plaats. Noodgedwongen moesten de bewoners echter in 1610 de stad ontvluchten, vanwege een uitbarsting van een nabijgelegen vulkaan. De ruïnes van de stad, die León Viejo worden genoemd, zijn nog steeds te bewonderen en staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. De huidige stad ligt dertig kilometer ten westen van de oude stad en was lange tijd de hoofdstad van Nicaragua. Jarenlang was het met Granda in een machtsstrijd verwikkeld om deze positie te behouden. In 1856 kwam aan deze strijd een eind toen Managua als hoofdstad werd aangewezen.


We kwamen laat aan in ons leuke Bigfoot hostel en kwamen erachter dat er vrijdag een grote schoonmaak zou zijn. Dat betekende dat we voor elf uur al onze spullen in de kluis moesten stoppen en het hostel uit moesten zijn. Als excuus voor het ongemak mocht iedereen die in het hostel verbleef gratis met de shuttle naar het strand. Daar hebben wij natuurlijk mooi gebruik van gemaakt. We mochten onze dag doorbrengen in de Surfing Turtle Lodge, een hostel gelegen aan een afgelegen strand op een eiland in Poneloya. We hebben lekker uitgerust en 's middags meegedaan aan een beachvolleybal toernooi.


Zaterdagochtend hebben we rondgelopen door het centrum van León en 's middags zijn we gaan vulkaan boarden! Vulkaan boarden is een extreme sport die door de sensatie zoeker Daryn Webb, de eigenaar van het Bigfoot hostel, werd gecreëerd. Nadat Daryn het Bigfoot hostel opende in 2004, begon hij de sport te cultiveren. Daryn en zijn team hebben van alles getest om erachter te komen met wat je het beste de vulkaan af zou kunnen glijden en na het uitproberen van picknicktafels tot matrassen, kwamen zij uit op een soort houten slee. León werd de enige plek in de wereld waar je van een actieve vulkaan af kunt glijden. Vulkaan boarden kreeg al snel aandacht van de internationale media.


Snowboarding is old school, the latest extreme way to slide a slope can be found at Cerro Negro. RATED #2 on cnn's ''thrill seeker's bucket list.'' - CNN


Forget snow or skate boarding, the trendiest sport for adrenaline junkies is Volcano Boarding. RATED #4 on readers digest's ''10 death defying travel destinations'' - Reader's Digest


Climbing a volcano was one thing, but sledding down its slope? That's a story for the GrandKids. - The New York Times


Daar gingen we dan, met zo'n twintig man vanuit ons hostel in een monster Mercedes truck richting de Cerro Negro vulkaan. Aan de voet van de vulkaan kregen we allemaal een soort houten slee en een tas met een knaloranje overall en een veiligheidsbril erin. Volcano boarden is toch een beetje anders dan snowboarden en met de skilift naar de top van de vulkaan zat er dan ook niet in. Waarom deed ik dit ook alweer? Vorige week was ik er nog zo zeker dan dat ik nooit meer een vulkaan zou beklimmen.. Gelukkig was de Cerro Negro een kleine vulkaan en duurde het maar een uurtje voordat we de top bereikte. Zelfs met een houten slee in onze handen was deze vulkaan peanuts voor mij en Tamara! Onderweg hebben we wat leuke foto's gemaakt en heeft onze gids wat interessante verhalen verteld. Op de top mochten we onszelf in de veel te grote knaloranje overalls hijsen om vervolgens om de beurt naar beneden sleeën. Het begon toch wel te kriebelen toen we doorkregen dat je de helling niet meer kon zien vanaf de top, zo steil was het. Stuiterend en tegelijkertijd toch soepeltjes, maar vooral snel gingen we de helling af. Het vulkanische grind vloog alle kanten op en helemaal zwart kwamen we beneden. Het was helaas niet mogelijk om echt te boarden, maar het was alsnog heel gaaf! Nadat iedereen afgedaald was en de strijd om de hoogste snelheid gestreden was, gingen we weer de truck in, waar onze gids zich goed had voorbereid en voor iedereen een koud blikje bier tevoorschijn toverde!


Zondagochtend heb ik afscheid genomen van mijn geweldige reismaatjes Tamara, Lebrina en Marlou. De meiden gaan pas aan het einde van de maand terug naar Nederland en hebben dus nog tijd om meer van Nicaragua te zien. Zij zijn inmiddels helemaal in het noorden van Nicaragua en ik ben weer terug in het zuiden, in San Juan del Sur! Zondagochtend in de bus was eigenlijk de eerste keer tijdens mijn reis dat ik alleen was. Gelukkig ben ik inmiddels gewend om de enige in de bus te zijn met blauwe ogen en spreek ik Spaans. Het is toch wel fijn om een praatje te kunnen maken met de vriendelijke locals en om mooie prijsjes af te kunnen spreken met taxichauffeurs. In San Juan del Sur wachtte Alex op mij, een jongen uit New York die ik vorige week heb ontmoet. We zouden samen de nationale surfcompetitie op Playa Maderas gaan bekijken. Toen we op het punt stonden om weg te gaan kwamen we er echter achter dat de competitie al om zes uur 's ochtends was begonnen, zodat ze klaar zouden zijn voordat het eb werd. Het had voor ons dus niet echt zin meer om 's middags naar Playa Maderas te gaan. We besloten een lekkere smoothie te drinken en daarna gewoon nog eens de Pool Crawl te doen! De Pool Crawl was nog leuker dan vorige week, ik ben weer heel veel bekenden tegengekomen en heb ook weer veel nieuwe mensen leren kennen.


Vanmiddag gaan we denk ik lekker ronddobberen in de infinity pool en bruin worden. Ik wil natuurlijk wel thuiskomen als een negerin, en morgen ga ik weer terug naar Costa Rica, waar ik heb afgesproken met mijn homovriend Thierry!

Oneindige zwembaden en Jesús

Na onze geweldige ervaring op vulkanisch eiland Isla de Ometepe, zijn Tamara en ik vertrokken naar San Juan del Sur. Deze mooie baai in de vorm van een halve maan, omzoomd door gouden zandstranden en prachtige kliffen en gevuld met stilliggende bootjes is één van de populairste vakantiebestemmingen in Nicaragua. Wij begrijpen wel waarom!

Onze dagen in San Juan del Sur waren gevuld met ontspannen, zonnen, zwemmen en lekker eten. Na een prima dagje op het strand en een leuke avond bij de Black Whale, een bar waar live muziek werd gespeeld, waren we van plan om zaterdag de hele dag aan het zwembad te gaan liggen. Het zwembad waar we heen wilden was helaas onder constructie, dus dat plan ging niet door. We ontmoetten Selina en Marie, twee Engelse vrouwen die in San Diego wonen en we besloten om samen met hun de taxi naar Playa Maderas te nemen. Ongeveer een half uurtje hobbelde we met de 4WD over een zandweggetje, voordat we aankwamen bij een mooi afgelegen surfparadijs. Toen wij daar in het zonnetje met een biertje in ons hand surfers zaten te kijken, dook de volgende vraag op in mijn hoofd: Kan het nog beter dan dit?

's Avonds zijn we samen met Selina en Marie uit eten geweest bij een leuk strandtentje. Alle leuke barretjes zitten op de boulevard, dus na het eten konden we meteen het nachtleven inspringen. Zondag hebben we weer iets ondernomen met zijn viertjes. Gelegen op een heuvel met uitzicht op de halve maanvormige baai van San Juan del Sur is een torenhoog standbeeld van Jezus Christus. Het is op het standbeeld in Rio de Janeiro na het grootste standbeeld van Jesús in de hele wereld en daar zijn wij heen geweest! We hadden een prachtig uitzicht over de baai en hebben wat mooie fotootjes kunnen maken. Toen we terugliepen richting het centrum hebben we heel wat mooie huisjes inclusief zwembad gezien en Tamara en ik kwamen tot de conclusie dat we wel in San Juan del Sur zouden kunnen wonen. Ik werd die middag dan ook behoorlijk aan het denken gezet. We hebben samen met Selina, Marie, Agnes, Joëlle en nog heel veel meer leuke mensen een Pool Crawl gedaan. We gingen naar vier verschillende zwembaden om daar te chillen en drankjes te drinken. Tijdens deze Pool Crawl vroeg één van de jongens die in ons partyhostel werkt of Tamara en ik daar ook zouden willen komen werken. Ik denk niet dat we er iets mee zouden verdienen, maar we zouden sowieso gratis accommodatie krijgen, veel kunnen surfen en in San Juan del Sur zijn! Het zou ook niet uitmaken als het maar voor een paar weekjes zou zijn.. maar dat zou wel betekenen dat ik geen tijd meer zou hebben om de Pacifische kust in Costa Rica te zien. Ik heb daarom besloten om het niet te doen, maar het aanbod klonk wel heel verleidelijk. Keuzes..

Nadat we zaterdag de hele dag surfers hadden bekeken, hadden we steeds meer zin gekregen om zelf ook weer wat golfjes te pakken! Ongeveer met tien anderen en onze surfboards sprongen we maandagochtend de pick up truck in richting Playa Maderas. Daar eenmaal aangekomen trok ik een shirt aan, smeerde ik een dikke, witte laag zonnebrand op mijn gezicht en ging ik het water in. Het surfen ging natuurlijk niet zo goed als ik had gewild, oefening baart kunst. 's Avonds hebben we de zonsondergang bekeken vanuit een infinity pool. Een infinity pool is een zwembad zonder rand, het water loopt gewoon over de rand heen als een waterval en vanuit het zwembad hadden we uitzicht op zee. Het zwembad lijkt dus oneindig. Echt super mooi, zeker bij zonsondergang! 's Avonds hebben we een geweldige koninginnennacht gehad. De Nederlanders waren natuurlijk duidelijk herkenbaar en zelfs al onze buitenlandse vrienden deden gezellig mee. Ik ben ook Cornelia weer tegen het lijf gelopen, een meisje dat ik aan het begin van mijn reis in Panama City heb ontmoet. Wat is de wereld toch klein!

Of toch niet, er is nog zoveel te zien, ik zou bijna mijn vliegticket wijzigen! Het is alweer twee mei, dat betekent dat ik over iets meer dan twee weken al naar huis ga en het is onmogelijk om in die twee weken alles te doen wat ik nog zou willen doen. Ik heb besloten nog iets verder Nicaragua in te gaan en mijn reis daarna af te sluiten in Costa Rica. De rest van Nicaragua bewaar ik voor mijn Panama-Mexico trip die ik zeker eens ga maken!

Afzien en mercados

Zondag zijn Tamara en ik de kippenbus naar Masaya ingesprongen, waar we twee markten hebben bezocht. De twee markten zijn de Mercado Municipal Ernesto Fernández en de Mercado Viejo. Op de Mercado Viejo (oude markt) waren onder andere kunstwerken, kleurrijke hangmatten en mooie souvenirtjes te koop. We moesten wel onze troepfilters aanzetten, wat een zooitje! Overal staan kleine houte kraampjes waar allerlei koopwaar op uitgestald staat. De andere markt is groter en nog veel chaotischer dan de Mercado Viejo. Vleeswaren, sandalen, tassen, noem het maar op. Zeker leuk om even gezien te hebben, maar we werden wel een beetje kriebelig van de chaos. Voordat de bus naar onze volgende bestemming vertrok, moesten we ongeveer een kwartiertje wachten. In die tijd zijn er zo'n 30 mensen door de bus heengelopen om dingen te verkopen, vooral snacks en drankjes. Ze verkopen hier zelfs zakjes drinken, gewoon een plastic boterhamzakjes met bijvoorbeeld water en ijs.

We werden afgezet in het plaatsje Catarina, één van de Pueblos Blancos, Witte Dorpen. Een regio bestaand uit meerdere kleine, charmante dorpjes. Ze ontvingen de naam Pueblos Blancos, omdat veel gebouwen en straten gebouwd werden met een combinatie van vulkanisch gesteente, water en kalksteen. Dat gaf hen een krijtachtige-witte kleur. Helaas zijn de meeste gebouwen sindsdien geschilderd, maar de dorpen zijn nog steeds een bezoekje waard. Elk dorp is namelijk gewijd aan interessante ambachtelijke activiteiten, zoals het maken van hangmatten, meubels, stenen beelden etc. We namen een tuktuk naar el mirador de Catarina, een uitzichtpunt met een mooi uitzicht over Laguna de Apoyo, het prachtige kratermeer waaraan we die week een keertje hadden overnacht. De busrit terug naar ons hostel in Granada was zoals gewoonlijk een avontuur. 's Avonds zijn we lekker uit eten geweest, want zondagavond was voorlopig alweer ons laatste avondje in Granada. Voorlopig, want samen met wat mensen uit Turrialba, Puerto Viejo en Bocas del Toro gaan we daar volgende week Koninginnedag vieren!

In het donker kwamen we maandagavond aan op Isla de Ometepe, een vulkanisch eiland van 276 kilometer in omvang, in het meer van Nicaragua. Ometepe wordt gevormd door twee vulkanen, de Concepción en de Maderas. Het hostel waar we wilden verblijven zou ongeveer honderd meter van de bootdock zijn, maar er zijn meerdere bootdocks op dit eiland en dat betekende dat we nog ongeveer een half uur in een shuttle busje moesten zitten. Best spookachtig, zo'n groot, donker, vulkanisch eiland. We belandden uiteindelijk met een Australiër, twee Amerikanen en een Nederlander in het hostel aan de overkant van het hostel waar we in eerste instantie wilden verblijven. Dit hostel was namelijk een dollar goedkoper, dus voor zes dollar hadden we een privékamer met privébadkamer én airconditioning, halleluja! We hebben met zijn zessen ergens gegeten en enorm gelachen. Eén van de Amerikanen had namelijk in zijn beste Spaans een hamburger besteld. Wat hij op zijn bord kreeg was een hamburgerbroodje met alleen kaas en tomaat haha oftewel een hambuger zonder hamburger! Na deze faal maakten we een plan voor de dag erna, we wilden één van de twee vulkanen beklimmen. Het was al laat, dus het zou lastig worden om nog iets te regelen, maar gelukkig kwamen we op de terugweg naar ons hostel een gids tegen. Hij zou de dag erna vulkaan Concepción gaan beklimmen met nog twee anderen. Vulkaan Concepción is 1610 meter hoog en hoger dan de andere vulkaan op het eiland. We hadden gehoord dat het een klim van tien tot twaalf uur zou zijn, maar volgens onze gids zou het maar zeven tot acht uur duren. Volgens hem was het makkelijker om de hoogste vulkaan te beklimmen, vanwege de weersomstandigheden. We zijn na de klim tot de conclusie gekomen dat deze man niet goed is..

Dinsdagochtend om zeven uur zouden Tamara, de andere Nederlander, de Australiër, twee onbekende mensen, de gids en ik de bus pakken naar het beginpunt. De twee onbekende mensen zaten rond deze tijd echter nog rustig te ontbijten, dus voordat we begonnen was het al acht uur. Vanaf het punt waar we de bus uitstapten moesten we ongeveer anderhalve kilometer lopen naar de voet van de vulkaan en daar begon de klim. Het eerste deel liepen we door de jungle vol met brulaapjes en op een paar honderd meter hoogte waren we er wel een beetje klaar mee. Ik had vier liter water mee en ik heb die dag maar één keer hoeven plassen, de rest hebben we er allemaal uitgezweet! Het duurde een eeuwigheid voordat we de boomgrens bereikte. Vanaf daar was de top nog 'maar' 600 meter hoger. Het uitzicht was prachtig. We konden de rest van de middag blijven liggen in het zonnetje en genieten van het uitzicht of toch nog het laatste en steilste stuk beklimmen. Tamara en ik zijn echte doorzetters, dus we besloten het tweede te doen, we zijn gek.

De jungle ging over in rotsen en puin. Het werd gevaarlijk steil. Op handen en voeten klommen we naar boven. Soms moest ik tien keer m'n voet verplaatsen en naar verschillende stenen grijpen voordat ik een fatsoenlijke stap kon zetten. Het was ook geen pretje om tussen mijn benen door naar beneden te kijken. Ik heb geen last van hoogtevrees, maar dit was nog enger dan de Mega Tarzan Swing. Er kwam geen einde aan. De voor ons zichtbare top, was namelijk niet de top.

Na vijf uur afzien hadden we dan eindelijk de top bereikt. Vanaf de rand konden we de steenachtige binnenkant van de krater bekijken. Er kwam warme, zwavelachtige lucht omhoog en daarnaast hadden we een 360-graden uitzicht. Echt genieten van het uitzicht konden we niet, want het idee dat we ook weer naar beneden moesten was angstaanjagend. Het zou een hell worden en niets was minder waar. Super vaak ben ik uitgegleden in het grind en daar heb ik een paar lelijke schaafwonden en een trauma aan overgehouden. Maar goed, er was maar één manier om beneden te komen. Helikopters kennen ze hier namelijk niet. De terugweg was misschien nog erger dan de heenweg.

Volgens onze gids zouden we in totaal zeven tot acht uur onderweg zijn, maar tegen de tijd dat we de boomgrens weer bereikten was het al bijna 17:00. Vanaf daar zou het nog ongeveer drie uur duren om beneden te komen, dat betekende dat we niet voor het donker terug zouden zijn. We probeerden snel te lopen, maar Tamara had haar enkel verzwikt en alles deed pijn, dus dat was bijna onmogelijk. Toen het al pikdonker was kwamen aan bij de voet van de vulkaan en vanaf daar moesten we nog ongeveer een uur door de jungle naar de bewoonde wereld, waar we de bus terug naar ons hostel zouden pakken. Tamara en ik waren het toen wel een beetje zat, onze gids had namelijk niet eens een zaklamp mee en we waren niet van plan om nog vaker onderuit te gaan. We hebben hem gedwongen om iets te regelen en uiteindelijk regelde hij twee motoren om ons op te halen.

Ik ben er nog niet helemaal uit of het de moeite waard was. Het uitzicht was geweldig, maar de klim verschrikkelijk. Woensdag deed alles nog steeds pijn, het enige wat we konden was een beetje heen en weer waggelen. Toen we 's avonds onderweg waren naar een restaurantje werd ons zo'n tien keer een taxi aangeboden.. Toch ben ik wel blij dat ik het heb gedaan. Ik heb tenminste één keer in mijn leven een vulkaan beklommen en kan nu met zekerheid zeggen dat ik dat nooit meer ga doen!

Spontane acties en aguas termales

Na een paar heerlijke daagjes in Monteverde zijn we vorige week zaterdagmiddag teruggegaan naar San José, waar we Thierry, Tamara, Hugo en Seppe weer ontmoetten. Zondag ben ik met Hugo en Seppe even het centrum in geweest en 's avonds kwamen Puck en Eli aan, met wie ik maandag een geweldige dagtrip naar de Arenal Vulkaan en de Tabacon Hot Springs heb gemaakt.

Om half acht 's ochtends werden we opgepikt door onze chauffeur en gids. Wij waren het eerste groepje dat werd opgepikt, dus voordat de echte trip begon, moesten we eerst nog wat anderen ophalen. Eenmaal compleet begon de gids aan zijn welkomspraatje en na ongeveer een uur rijden kwamen we aan in Sarchí. Een belangrijke artisanale stad in Costa Rica, vooral bekend om de handgemaakte, kleurrijke ossenkarren. De ossenkarren spelen een belangrijke rol in de geschiedenis van het land, omdat ze werden gebruikt om koffiebonen te vervoeren. Naast de ossenkarren, waren er ook allerlei andere typische souvenirs te vinden. De reis door de centrale vallei zette zich voort, twee uur lang doorkruisten we diverse plantages met landbouwproducten. In La Fortuna, een plaatsje aan de voet van de Arenal Vulkaan, zijn we gestopt om te lunchen in een gezellig restaurant met een prachtig uitzicht over de vulkaan. Deze vulkaan is niet alleen de actiefste van het land, maar behoort tot één van de actiefste van de hele wereld! Met een beetje geluk is het zelfs mogelijk om tijdens een heldere nacht de erupties te zien. De omlaagschuivende lavastromen en de door de lucht schietende gloeiende brokstukken schijnen een indrukwekkend spektakel te zijn. Na de lunch hebben we de vulkaan bekeken vanaf een van de vele uitzichtpunten.

Daarna zijn we naar het Tabacon Grand Spa & Thermal Resort gegaan, letterlijk en figuurlijk één van de hotspots van Costa Rica. De warmwaterbronnen liggen in een deels aangelegd park met riviertjes en watervalletjes en het bronwater wordt op natuurlijke wijze verwarmd door de Arenal vulkaan. De hele middag hebben we kunnen ontspannen in dit buitengewoon luxe resort! Het voeren van diepe gesprekken is er niet van gekomen. Meer dan 'Oh wat chil', 'Echt genieten dit' en '¡Pura vida!' kwam er niet uit. Als perfecte afsluiting van een perfecte dag konden we aanschuiven aan een overheerlijk en uitgebreid, Aziatisch dinerbuffet.

Dinsdag zijn Eli en Puck weer vertrokken en woensdag ben ik samen met Tamara de bus richting Nicaragua ingestapt! Mijn plan was eigenlijk om zes weken door Costa Rica te backpacken, maar na veel goede verhalen te hebben gehoord over buurland Nicaragua, heb ik de keuze gemaakt om ook daarheen te gaan. Ik ben hier nu toch! Tamara heb ik leren kennen in Bocas del Toro en toen ik haar vertelde over mijn plannen, besloot ze om met me mee te gaan, super gezellig! Voor 27 dollar hadden we een directe bus van San José naar Granada kunnen pakken, maar wij vonden het een beter idee om voor de helft van de prijs drie lokale bussen te pakken. Om zeven uur 's ochtends gingen we weg uit ons hostel in San José en om zes uur 's avonds kwamen we aan in ons hostel in Granada. De reis was geen pretje, en dat is zacht uitgedrukt! Hoe dichter we bij de grens met Nicaragua kwamen, hoe warmer het werd. De busrit naar de grens duurde zes uur en we hadden maar één plaspauze. Veel water drinken was dus geen goed idee. Het raam opendoen ook niet, want daar kwam alleen maar extreem hete buitenlucht doorheen.

Eenmaal de grens over werd de reis nog minder prettig. Het verschil tussen de Costaricanen (Tico's) en Nicaraguanen (Tica's) was duidelijk te merken, de Tica's zijn namelijk veel chaotischer. Na wat dollars lichter en wat stempels rijker, stapten we een lokale bus in. Wij zaten halverwege, maar onze backpacks stonden achterin de bus. De bus was propvol en achterin de bus zat een deur, die af en toe openvloog zodat er mensen de bus in en uit konden springen. De chaos deed Tamara denken aan India en dat zegt denk ik genoeg. Na een paar uur werden we langs de weg de bus uitgezet. 'Hier rechts is Granada', werd ons gezegd. Daar stonden we dan, twee blonde meisjes met veel te veel bagage, in de middle of nowhere. Welkom in Nicaragua!

Donderdag werden we zwetend wakker in ons leuke hostel midden in het centrum van Granada. Ik nam een koude douche en voordat ik de kans kreeg om mezelf af te drogen brak het zweet me alweer uit, wat een hitte hier in de oudste, continu bewoonde stad van het Latijns-Amerikaanse vaste land. Na het ontbijt maakten Tamara en ik een strakke planning en de hitte weerhield ons er niet van ons aan deze strakke planning te houden. Tijd om Granada te verkennen. Het is een prachtige stad met schattige huisjes, in alle kleuren van de regenboog. Het is zelfs vastgelegd in de wet van de gemeente dat als mensen hun huis willen schilderen, dat in een koloniale, felle kleur moet. We hebben wat leuke winkeltjes bekeken en kwamen daarna terecht in Café de las Sonrisas.

De straten van Granada kunnen soms een beetje overweldigend zijn. De chaos van de markten, de straathonden die het verkeer ontwijken, het geroep van bedelaars en geldwisselaars, auto's die rondrijden met gigantische luidsprekers vastgebonden aan hun dak, waar popmuziek of advertenties uitkomen. Maar gelukkig zit de stad vol met geweldige kleine café's en restaurantjes waar je even aan de drukte kunt ontkomen en kunt genieten van een lekker drankje. Eén van de beste voorbeelden is Café de las Sonrisas oftewel Café van de glimlachen. In de rustige binnenplaats van het café werden we begroet door lachende kelners. Het feit dat er geen enkel woord wordt gesproken in het café, zorgde voor nog meer rust. Door de obers werd er geen woord gesproken, omdat zij niet kunnen spreken. Het Café de las Sonrisas wordt geheel gerund door doofstomme mensen en het is het eerste café in Amerika en de vierde in de wereld dat volledig door doofstommen wordt gerund. Je zou denken dat het moeilijk is om te communiceren met een doofstomme ober, maar dat viel eigenlijk wel mee! Op de muren hingen allerlei kaarten met veelgebruikte uitdrukkingen en we bestelde een lekkere smoothie, die we opdronken in één van de vele hangmatten die de binnentuin omringde.

Altijd leuk zulke verrassingen! Met een glimlach zijn we daarna voor één dollar de toren van een kerk ingeklommen. Vanaf hier hadden we een geweldig uitzicht over de stad. We hebben wat mooie foto's gemaakt van de knalgele kathedraal die op het centrale plein staat en zijn daarna die kant op gelopen. In het hart van het centrum ligt het plein Parque Central, tussen de rijen palmbomen staan hier verschillende kraampjes waar alle lokale specialiteiten verkrijgbaar zijn. Ook de authentieke koetstaxi's die in het koloniale tijdperk werden geïntroduceerd zijn hier nog te bewonderen. Met een ijsje in ons hand zijn we richting het meer van Granada gelopen en op de terugweg hebben we heerlijk geluncht bij een leuk tentje op de Calle la Calzada. De tijd vloog voorbij, dus na de late lunch zijn we nog even langs een touroperator gelopen, hebben we het marktje bekeken en daarna zijn we het zwembad in ons hostel ingedoken. Nadat we 's avonds zelf hadden gekookt besloten we om nog even terug te gaan naar één van de vele hippe terrasjes op Calle la Calzada. We bestelden een kan Sangria en genoten van de relaxte sfeer en gezellige muziek. Nicaragua is heel erg goedkoop, maar helaas is ook de armoede te merken. Het is het tweede armste land van Latijns-Amerika en er kwamen dan ook veel kindjes langs ons tafel om te vragen naar een slokje Sangria..

Vrijdag hebben we onze backpacks achtergelaten in ons hostel in Granada en zijn we vertrokken naar Laguna de Apoyo. Laguna de Apoyo is een prachtig kratermeer in een pittoreske vallei omgeven door bergwanden en jungle. Er zijn een aantal kleinschalige accommodaties en mensen komen hier voornamelijk naartoe voor een dagtochtje, maar wij vonden het heel fijn om hier te overnachten! Bij ons mooie hostel aan het water hadden ze autobanden, kajaks en een vlot op 50 meter van het strandje, dus we konden op allerlei manieren genieten van het meer. Toen we de dag ervoor bij de touroperator vroegen wat er te doen zou zijn kregen we als antwoord dat er helemaal niks te doen zou zijn, top! 's Avonds was het heerlijk om op een van de kleine strandjes te zitten en te zien hoe de zon wegzakte achter de bergen, terwijl we met wat leuke mensen ons favoriete Cubaanse drankje dronken.

Tamara en ik zijn zaterdagochtend om kwart over vijf opgestaan om de zonsopkomst te zien. Wat een geluksmomentjes! Na een lekker fris en fruitig ontbijtje zijn we met onze nieuwe vrienden teruggegaan naar Granada, waar we de hele middag door hebben gebracht in de spa! We hebben onszelf lekker laten verwennen met een massage en gezichtsbehandeling. Ik heb totaal geen spijt van mijn spontane actie, backpacken in Nicaragua bevalt me prima! Ik heb nog veel meer te vertellen, maar dat zal ik bewaren voor mijn volgende reisverhaaltje!

Zwemmen met haaien en bosque nuboso

Samen met Babs en Keshia stapte ik zaterdag het bootje in richting Bocas del Toro. Het was lekker weer en het voelde goed om terug te gaan naar een vertrouwde plek. Eenmaal aangekomen op het eiland ging Keshia opzoek naar een hostel en gingen Babs en ik naar de schoolresidentie. In de hoofdstraat was het extreem rustig, een groot verschil met de vorige keer dat ik er was. Toen was het namelijk hoogseizoen. Ook op de schoolresidentie was het rustig. Ik zei dan ook tegen Babs: 'Als dit de eerste keer zou zijn dat ik in Bocas was, zou ik het echt niet leuk vinden!' We besloten onze spullen in de kamer te leggen en een middagdutje te doen. Dat konden we wel gebruiken, de dag na onze laatste nacht in Puerto Viejo. Ongeveer twee uur later stak er opeens een hoofd door onze kamerdeur, het was Thierry. Nog even later verschenen er meer bekende gezichten, Ilja, Stefanie en Irene waren er namelijk ook. Na een koude douche gingen we samen met wat andere leuke studenten Marlou, Tamara en Lebrina wat drinken bij Casa Verde.


Zondag was de verjaardag van Keshia en de dag dat Puck ook aankwam in Bocas. Wij drieën en Babs hadden afgesproken om een catamaran zeiltocht te maken. De tocht waar ik drie maanden geleden zo erg van had genoten dat ik het niet kon laten om het nog eens te doen! Ik had Keshia, Puck en Babs al honderd keer verteld hoe gaaf het zou zijn, maar dit hadden ze niet verwacht! In Dolphin Bay hebben we tientallen dolfijnen gespot en tijdens het snorkelen moesten we soms zelfs ons buik inhouden om het prachtige koraal niet aan te raken. Keshia vond het het beste verjaardagscadeau ever. We hebben geluncht en drankjes gedronken op het dek, voordat we naar de tweede snorkelspot gingen. Rustig flipperde we tussen de visjes door, tot dat Puck opeens gilde dat ze een haai zag! Een nurse shark was het, zogenaamd een vriendelijke haai. Nadat we de haai een paar minuutjes bestudeerd hadden en voordat de haai van zijn plekje af zou komen, vonden we het wel weer tijd om terug te gaan naar de boot! De andere mensen op de boot waren ook gezellig én er was een man met een onderwatercamera. Daar hebben we dus mooi even gebruik van gemaakt. Ik moet natuurlijk wel kunnen bewijzen dat we met een haai hebben gezwommen!


Maandag heb ik de hele dag lekker op het strand gelegen met Keshia, Tamara, Puck en Thierry. We hadden 's ochtends de taxi gepakt en reden over het strand naar de andere kant van het eiland. We kwamen uit op het mooie Playa Bluff, waar bijna niemand te bekennen was. Dat vonden we natuurlijk helemaal niet erg, maar dat er 's avonds tijdens het uitgaan ook niemand te bekennen was vonden we een beetje jammer! Babs en ik zaten na vijf weken Puerto Viejo nog in de feeststemming en waren de enigen op de dansvloer!


Dinsdag had ik een relax dagje ingepland. Ik heb eindelijk weer even kunnen skypen met het thuisfront. De hele middag heb ik bij Casa Verde gezeten en 's avonds ben ik met Keshia, Babs, Tamara, Puck, Thierry en Irene naar de wijnbar gegaan. Het was een redelijk prijzige gelegenheid, maar zeker de moeite waard! We hebben gezellig gekletst en een lekker wijntje gedronken, voordat we uit eten gingen. Mijn afscheidsdiner, want woensdag om half acht 's ochtends zat ik alweer in de boot richting het vaste land. Vanaf de bootdock nam ik samen met Puck een taxi naar het busstation en voordat we de taxi uit waren gestapt ging iemand er al vandoor met mijn backpack! Gelukkig was het geen dief, maar gewoon een iets te enthousiaste man die mij wilde helpen. Van alle kanten werd er Changuinola?! Changuinola?! geroepen en dat was inderdaad waar wij heen moesten. Mijn backpack lag dus al in het busje en daarna werden ook wij erin gepropt. In Changuinola heb ik afscheid genomen van Puck en een taxi gepakt naar de grens. Het duurde een eeuwigheid voordat ik mijn twee stempels had, omdat er een hele groepsreis voor mij in de rij stond. Ik moest zelfs nog haasten om mijn bus naar San José te halen. De bus richting San José reed door Puerto Viejo, waar Blas instapte. Samen met Blas ging ik namelijk een tripje maken. Ook Seppe en Hugo stapten de bus in, dus het was een gezellige hereniging. In San José werden we weer aangevallen door taxichauffeurs toen we de bus uitstapten, dus Blas en ik besloten te lopen naar ons hostel. Calle 7, Avenida 21/23, dat kan niet missen. Dat dachten we, tot dat ons werd verteld dat we aan de verkeerde kant van de stad zaten. In het noorden zitten namelijk alle even getallen en in het zuiden alle oneven getallen of andersom, oeps.. deze man was zo aardig om ons naar het hostel te brengen. 's Avonds zijn Blas en ik het centrum ingegaan om wat te eten en daarna hebben we nog een ijsje gehaald en lekker mensen gekeken op een pleintje. San José, de lelijke hoofdstad van Costa Rica, kan toch nog best leuk zijn!


Donderdag zijn Blas en ik weer vroeg opgestaan, omdat ons een vijf uur durende busrit te wachten stond. Die busrit zou niets voor jou geweest zijn, mam.We gingen namelijk het binnenland, oftewel de bergen, in. Ik moet toegeven dat de afgrond bekijken vanuit een busraam nog enger is dan de skywalk in de Grand Canyon. Om elf uur 's ochtends kwamen we aan in Monteverde, de eindbestemming van ons tripje. Monteverde is een nevelwoud en vogelparadijs. Het is een groene oase in het noorden van Costa Rica en door de grote hoeveelheid neerslag is het park dichtbegroeid. Het is het ideale leefgebied voor vele vogelsoorten, zoals de sierlijke quetzal. Weer werden we aangevallen toen we de bus uitstapten, maar deze keer door mensen die ons naar hun hostel wilden lokken. Wij hadden al wat aanbevelingen van vrienden, dus binnen een paar minuutjes hadden we onszelf geïnstalleerd in een prima hostel. We hadden midden in het centrum een eigen kamer met twee grote bedden, een eigen badkamer met warme douche, inclusief ontbijt en dat voor tien dollar per nacht. Dat compenseerde het hostel in San José dan weer een beetje, waar we veel te veel hadden betaald voor een stapelbedje. We kregen wat informatie over wat er allemaal te doen is in en om Monteverde en na een zelfgemaakte fruitsalade zijn we 's middags op een paard gestapt! Met twee Israëlische meisjes en twee gidsen hebben we bijna drie uur door super mooie en variërende landschappen gehobbeld. In dit gebied is de continentale scheiding, de splitsing tussen het Caribische gedeelte en de Pacific. De Pacific konden we zelfs zien liggen in de verte! Na de mooie tocht hebben we de zonsondergang bewonderd en nog een kleine koffie-, suiker- en likeurtour gekregen op het privéterrein van de gidsen.


Vrijdagochtend om kwart over zes stonden we klaar om de bus te pakken naar het nevelwoud reservaat, la Reserva Biológica Bosque Nuboso Monteverde, waar we een drie uur durende rondleiding kregen. Onze gids wist super veel te vertellen over de flora en fauna en ik was dan ook blij dat we ervoor hadden gekozen om een rondleiding te nemen. Anders zouden we als kip zonder kop door het park zijn gelopen. Als echte vogelliefhebbers bekeken we de mooie vogeltjes door zijn Swarovski telescoop. Eenmaal terug in het dorp hebben we een broodje gehaald bij de bakker en na drie ochtenden rond vijf uur opstaan en het vooruitzicht op nog een dag zo vroeg opstaan, besloten we een schoonheidsslaapje te doen. 's Middags hebben we een heerlijke cappucino gedronken bij de Tree House. Dit schijnt één van de meest bizarre restaurants ter wereld te zijn. Het restaurant is gebouwd om een gigantische boom heen en lijkt een beetje op een boomhut. Het deed me denken aan het Rainforest Café. We hebben nog wat souvenirwinkeltjes bekeken en voordat we lekker uit eten gingen hebben we de tour voor de dag erna geboekt.


Zaterdagochtend ben ik per ongeluk een uurtje te vroeg opgestaan. Mijn telefoon is er namelijk mee opgehouden en de wekker op mijn Ipod stond nog op Panamese tijd.. Nu had ik in ieder geval wel de tijd om mij mentaal voor te bereiden op de Canopy Tour. Zoiets heb ik een tijdje geleden ook gedaan in Boquete, boomtopslingeren noemde ik het. Het verschil met toen was dat we deze keer ook twee zip line cables hadden waar we als superman aan hingen en dat we ook een tarzan swing gingen doen. De uitzichten waren wederom prachtig. We deden de Canopy Tour met Aventura en zij hebben de langste zip line cable van Latijns-Amerika! De tarzan swing was als laatste en ik denk dat dat het engste is wat ik ooit heb gedaan. Het leek op een bungeejump en ik kon niet eens gillen. Het enige wat ik kon was een heel lelijk gezicht trekken, nadat ik het platform af werd geduwd en met een rotgang naar beneden viel. Daarna heb ik nog even heen en weer geslingerd en kon ik in ieder geval wel zeggen dat ik de Mega Tarzan Swing heb gedaan. Nu jullie weer!

Homovrienden en reggae

'Waar moet ik mijn reisverhaaltje in godsnaam mee beginnen?', vroeg ik net aan Thierry. Thierry is, zoals de meesten van jullie wel weten, mijn homovriend uit Nederland die ik al zo'n zes jaar ken. Met nog wat anderen zijn we op dit moment aan het chillen bij Casa Verde in Bocas del Toro, Panama. Drie maanden geleden was dit mijn favoriete plekje om huiswerk te maken, wat gaat de tijd toch snel!

Ook mijn laatste twee weken in Puerto Viejo heb ik me kostelijk vermaakt. Irene, de schoolmanager in Bocas, is mij nog een weekendje op komen zoeken. We hebben gezellig bijgekletst op het strand, we hebben cocktailtjes gedronken en we zijn uit eten geweest. Al mijn vrije dagen werden gevuld met dit soort bezigheden. Om dat dan weer te compenseren heb ik ook nog yoga gedaan met Haley en Babs, hardgelopen met Keshia, tot half zes 's ochtends gedanst op reggae én heel hard gewerkt in het JRC.

Donderdag was mijn laatste werkdagje in het JRC. De hele dag heb ik met de aapjes doorgebracht en als bedankje kreeg ik op het einde van de dag een heerlijke monkey shower. Een shower, dat kon ik daarna wel gebruiken. Vorige week zaterdag hield het water in onze schoolresidentie er namelijk mee op. Dat betekende geen douche, geen afwas en geen wc. Gelukkig had ik net gedoucht en konden we de afwas wel een nachtje laten staan. Toen het water het de dag erna nog steeds niet deed ging James naar het centrum om aan de locals te vragen wanneer we weer water zouden hebben. Hij werd uitgelachen en kreeg als antwoord 'Si Dios quiere', als God het wil. Tijdens de tropische regenbuien hebben we dus maar alle potten en pannen buiten gezet om regenwater mee op te vangen, zodat we in ieder geval iets zouden hebben om de wc mee door te spoelen. Een paar studenten zijn met alle afwas naar het strand gelopen om het af te spoelen met zeewater, en zo zijn we nog een paar dagen creatief bezig geweest. Gelukkig had ik wel de gelegenheid om te douchen (zeker na een dagje werken bij het JRC is dat geen overbodige luxe), namelijk in het appartementje van Allison, één van mijn gezellige medevrijwilligers. Met haar, twee meisjes uit Barcelona en een Italiaans meisje heb ik dan ook mijn laatste werkdag afgesloten. Na het werk hebben we gezellig, in het Spaans natuurlijk, gekletst en gelachen op Playa Chiquita.

Ik heb vijf letterlijk onbeschrijflijke weken gehad in Puerto Viejo met geweldige mensen en ik heb besloten niet eens te proberen om het te beschrijven. Vijf weken lang heb ik doorgebracht in de schoolresidentie met de zogenaamde harde kern, Babs, Eli, Blas, Ruben en Keshia. We hebben samen heel veel gelachen, maar we hebben ook samen gehuild. Alleen met deze mensen en de andere mensen die gedurende deze vijf weken kwamen en gingen kan ik mijn toffe ervaringen delen. Daarom stapte ik afgelopen zaterdag, net als vijf weken geleden, met een backpack vol schone kleren en een dubbel gevoel de bus in.

De bus richting de grens met Panama, omdat ik even het land uit moest. Niet omdat ik mij heb misdragen, maar vanwege mijn visum. Bocas del Toro ligt maar een paar uurtjes bij Puerto Viejo vandaan, ik heb het in Bocas drie maanden geleden super erg naar mijn zin gehad én veel mensen die ik eerder tijdens mijn reis heb ontmoet zijn deze week in Bocas, dus de keuze was snel gemaakt! Niet zo'n heel erg spannend begin van mijn backpackavontuur, but it's good to be back! Daarover mijn volgende reisverhaaltje, waar ik weer wat meer tijd voor zal nemen.